De tijd gaat snel. Niet als je jong of kind bent. Dan kan een dag, zelfs een uur, ellendig lang duren. Zeker als je moet wachten op, of uitkijkt naar. Als je ouder wordt gaat alles sneller, werd me vroeger voorgehouden. En het is nog waar ook. Tijd zou in het menselijk brein immers een relatief begrip zijn. In de zin dat het afgemeten wordt tegen je levenservaring. Je referentieperiode. Als kind van vijf is een dag amper één vijfhonderdste van je bewust leven. Voor mij is dat al één vijftienduizendste. Dat scheelt al wel wat. Tot daar deze filosofische beschouwing. Feit is dat ik sowieso aan mijn laatste vier jaar als burgemeester begonnen ben.  

 

Toen ik in 1995 burgemeester werd was ik een jongeling. Ik betrad de arena, niet alleen in de Dessel maar ook in de Kempen, tussen een schare oudgedienden die prestige en gezag uitstraalden. Stap na stap wist ik mijn plaats te verwerven. Dat ik na enkele maanden ook parlementslid werd, hielp me daarbij wel. En het moet gezegd; over de partijgrenzen heen voelde ik de waardering toenemen. 

Ik heb onlangs voor mezelf de keuze gemaakt dat ik nog vier jaar verder wil gaan. Op 2 oktober 2028 zal ik de het stokje doorgeven. De dag dat ik 65 wordt is voor mij het moment om na 28 jaar burgemeesterschap een opvolger in stelling te brengen. 

 

Dit alles is maandagavond vastgelegd tijdens de installatievergadering van de nieuwe gemeenteraad. Alle eenentwintig verkozenen legden de eed af, de voorzitter en schepenen werden verkozen, evenals de politieraadsleden en de leden van het bijzonder comité en hun voorzitter. Voor de eerste keer, sinds de nieuwe regelgeving, legde ook de burgemeester de eed af voor de gemeenteraad. Met name de persoon met de meeste stemmen van de grootste fractie van de meerderheid. Ik dus. Sindsdien voer ik de titel van aangewezen burgemeester. Definitief burgemeester ben ik pas na benoeming door de minister en eedaflegging bij de gouverneur. Voor de vijfde keer zal ik daarvoor naar Antwerpen mogen afreizen.

 

Eveneens voorzien in die nieuwe regelgeving is dat de kandidaat burgemeester op de installatievergadering zijn opvolger mag aanduiden. Die opvolging mag pas in gang gaan na 1 oktober van het vierde bestuursjaar. Dus 1 oktober 2028. Toeval wil dat ik de dag nadien 65 wordt. Een mooi moment om in schoonheid afscheid te nemen en de ploeg klaar te maken voor de stembusslag van oktober 2030. Een moment dat ik al langer beslist had een punt te zetten achter 42 jaar Desselse gemeenteraad.

 

Meteen zorgen we zo voor een Desselse primeur want de sjerp zal van dan af gedragen worden door een vrouwelijke burgemeester. Barbara Rommens krijgt daarvoor ons vertrouwen. Barbara zal op dat moment tien jaar ervaring hebben, het klappen van de zweep kennen en de gemeente door en door kent. 

 

Alles in ogenschouw genomen ben ik een gelukkig en fier man. Ik zie dat er een hele schare jonge en nieuwe, geëngageerde en bekwame politici klaar staan om ons mooie dorp verder te besturen. Is dat geen opbeurende gedachte? Fijne zondag nog. 

 

Dessel, 8 december 2024

Kris van Dijck