Europees Parlementslid / Burgemeester
Kruimelpad
Screening bevestigt N-VA-visie op hervorming secundair onderwijs
In het Vlaams Parlement zijn de conclusies voorgesteld van de screening van de 29 studiegebieden in het voltijds secundair onderwijs. “Dat is een van de maatregelen uit het masterplan voor de hervorming van het secundair onderwijs”, verduidelijken Kris Van Dijck en Koen Daniëls, onderwijsspecialisten van de N-VA. De conclusies bevestigen alvast de N-VA-visie op die belangrijke onderwijshervorming: behoud wat goed is en stuur bij waar nodig.
“We kunnen niet genoeg hameren op het belang van deze screening”, vertelt Van Dijck. “De studierichtingen in het secundair onderwijs beter afstemmen op de arbeidsmarkt én op het hoger onderwijs is een van de belangrijkste uitdagingen waar we voor staan.”
Rationeler studieaanbod
“Met niet minder dan 256 studierichtingen is het huidige studieaanbod bovendien een onoverzichtelijk kluwen geworden”, vult Daniëls aan. “Tot op heden is ook niet duidelijk welke studierichtingen welk perspectief bieden. Dat zet een goede oriëntering op de helling.”
“Een probleem dat daarmee samenhangt, is dat er heel wat studierichtingen amper perspectief bieden”, merkt Van Dijck op. “Het zijn de zogenoemde doodlopende straatjes, die vaak rechtstreeks leiden naar werkloosheid of falen in het hoger onderwijs.” De screening legt de vinger op die wonde en toont duidelijk aan dat een aantal studierichtingen qua doorstroming en studierendement erg problematisch zijn. “In die zin is deze screening een onmiskenbare schakel naar een rationeler en beter studieaanbod”, meent Van Dijck.
Enkel bijsturen waar nodig
“Al is het niet al kommer en kwel”, nuanceert Daniëls. “Zo bevestigt de screening dat heel wat studierichtingen uit aso, maar ook tso en bso, goed voorbereiden op de arbeidsmarkt of het hoger onderwijs of beide.” Zijn collega Van Dijck ziet in de screening ook de bevestiging dat het aso grotendeels voldoet aan zijn einddoelstelling, al moet er voor een paar studierichtingen wel een bijsturing komen. “Daar zijn we heel blij om. Het bevestigt immers wat we altijd al benadrukten: behoud wat goed is en stuur bij waar nodig. En laat dat nu net de kracht van verandering zijn. Enkel op die manier kunnen we het Vlaamse onderwijs aan de top houden voor elke leerling in elke studierichting”, besluit Van Dijck.