De voorbije week stond helemaal in het teken van het installeren en opstarten van het Europees Parlement voor de legislatuur 2024-2029. Dat gebeurt traditiegetrouw in Straatsburg, de stad waar maandelijks de plenaire vergaderingen plaatsvinden in de imposante hemisfeer (foto) van het Louise Weissgebouw waar de 720 verkozenen plaatsnemen. De - mag ik toch wel zeggen - geld verspillende maandelijkse verhuis staat met evenveel woorden in het door alle landen unaniem goedgekeurde EU-verdrag van 1997 dat vijf jaar voordien overeengekomen was. Daarin stelde men dat de plaats van de plenaire vergadering in Straatsburg is, de commissies in Brussel vergaderen en het secretariaat zich in Luxemburg bevindt. Wie bedenkt het? 

 

Ik moet wel zeggen dat ik met grote vragen richting de stad aan de Rijn op de grens van Frankrijk en Duitsland trok. Ik heb al wat gezien en meegemaakt in de politiek, maar dit was voor mij toch wel het grote onbekende. Evert en ik werden bij aankomst in het hotel opgewacht door mijn twee andere medewerkers Lieve en Lisa en collega Johan Van Overtveldt en zijn medewerkers Ellen en Ferry. Zij stonden er garant voor dat ik mijn weg zou vinden in het labyrint dat het Europees Parlement is. Niet alleen fysiek qua gebouw, maar zeker ook administratief en organisatorisch. Een bureaucratie om ‘u’ tegen te zeggen. Toen ik over heel die administratieve rompslomp een week eerder in Brussel bij een ambtenaar een opmerking maakte, kreeg ik te horen (in het Engels weliswaar): “mijnheer, wij werken met het geld van de burger.” Dat klopt natuurlijk maar de berg aan regeltjes en administratieve verplichtingen is nauwelijks te overschouwen. Om u een voorbeeld te geven; al wie ik spreek moet genoteerd worden in het ‘transparantie register’. 

 

Waar het Spinelli en alle aanpalende gebouwen in Brussel al garant staan dat je er als nieuwkomer verloren loopt, had men mij een nog complexere situatie in Straatsburg voorgehouden. Dat viel al bij al mee. Het torengebouw, het eerder gemelde Louise Weissgebouw en Winston Churchillgebouw waar de kantoren zijn, leken mij net iets overzichtelijker. Alles went zeker…  

In de vooravond kwamen we samen met de collega’s van de ECR-fractie. Velen van hen zag ik al in Sicilië. Hoofdpunt op de agenda ons stemgedrag voor de parlementsvoorzitter en voorbeschouwingen bij het al dan niet steunen van commissievoorzitter Ursula von der Leyen voor een tweede ambtstermijn. Hoe men vanuit de verschillende landen tegen haar persoon en haar beleid aankijkt was opmerkelijk diffuus. Europa in al haar verscheidenheid; zelfs in één fractie. 

 

Voor de installatie op 16 juli plaatsvond, bezocht Ursula von der Leyen onze fractie om met ons in debat te gaan. Zij spreidde haar plannen en klemtonen voor de volgende termijn terwijl elke delegatieleider haar vragen kon stellen. Binnen de fractie heeft elk land een delegatieleider. Voor de N-VA is dat Johan Van Overtveldt, een prima politicus en een zeer aangename collega, zelf ook niet verlegen voor een grap en een grol. Zo heb ik het ook graag. Voor ons was het snel duidelijk dat we haar zouden kunnen steunen indien ze twee dagen later in de plenaire op dezelfde manier haar klemtonen wist te leggen. 

De installatievergadering om 10 uur met een stemming voor de Maltese Roberta Metsola als voorzitter verliep vlot, de veertien ondervoorzitters en vijf quaestoren bij geheime stemming aanduiden verliep heel wat moeizamer. Hier voor mij al een groot verschil met mijn ervaring in het Vlaams Parlement. Daar worden de zetels in het bureau (dagelijks bestuur van het parlement) verdeeld op basis van de grootte van de fracties waarna deze fracties zelf hun bureauleden aanduiden. Niet in Europa. Daar wordt geheim gestemd en worden er al politieke spelletjes gespeeld waarbij bepaalde fracties uitgesloten worden. Het ‘cordon sanitaire’ is heus geen Belgische uitvinding. 

 

De politieke klemtoon lag op donderdag met de speech van kandidaat von der Leyen en de geheime stemming die daar op volgde. Johan, Assita en ikzelf stemden voor waarna ze het met een ruime meerderheid van 401 haalde. Ze had er 361 nodig. Onze steun is niet onvoorwaardelijk, laat dat duidelijk zijn. Maar het duidelijk op de agenda zetten van de concurrentiekracht van onze ondernemingen, het verenigen en versterken van de Europese kapitaalmarkten, het belang erkennen van onze KMO’s en landbouwers, het verdriedubbelen van de mankrachten van Frontex, een adequatere uitwijzing en het versterken van Europol om internationale criminaliteit aan te pakken, konden ons voldoende overtuigen.

Waar we zeker alert zullen blijven is het niet met evenveel woorden benoemen van het belang van kernenergie, de lichtzinnigheid waarmee ze bevoegdheden naar Europa wil trekken die de deelstaten toebehoren en de ambitie om de EU uit te breiden. 

 

In de rand van dit alles nam ik ook deel aan een overleg met parlementsleden van verschillende fracties die een lans breken voor kernenergie. Als effectief lid van ITRE, industrie, onderzoek en energie, wil ik daar mee het verschil maken.  

Conclusie; mijn eerste stappen zijn gezet. De wil en de ambities zijn er. We gaan er dan ook voor. Fijne zondag nog.        

 

Kris van Dijck

Dessel, 21 juli 2024