Europees Parlementslid / Burgemeester
Kruimelpad
De Raad
Elke zondag belicht ik een onderwerp dat me de voorbije week opviel…
De Raad
Graspop zat nog in mijn lijf toen we maandagochtend met de commissie Binnenlands Bestuur in het Centraal Station van Antwerpen de Thalys richting Rotterdam namen om vandaar onmiddellijk door te sporen naar Den Haag. Op het programma een driedaags werkbezoek aan Nederland waarbij de werking van de gemeenteraad centraal stond. Een onderwerp dat bij ons op de agenda staat aangezien het lokaal bestuur het beleidsdomein is dat het dichtst bij de burger staat, waarin de burger nog het meeste vertrouwen heeft en waarvan we de democratische rol willen versterken. Hoe mensen motiveren om zich lokaal in te spannen voor hun gemeenschap en hoe de mensen overtuigen om volgend jaar hun stem uit te brengen zijn daarbij de kernvragen.
Excuseer me mijn onwetendheid want na snel door te hebben dat Den Haag HS, niet Den Haag Centraal is, kwamen we toch goed op tijd aan om hartelijk opgewacht te worden door Vlaams vertegenwoordiger Filip D’havé en enkele van zijn medewerkers waarna een briefing volgde over de werking van de diplomatieke vertegenwoordiging, de politieke situatie in Nederland en de relaties met Vlaanderen.
In de namiddag volgde dan een uiteenzetting op het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (kortweg BZK) alsook een interessante gedachtewisseling met minister Hanke Bruins Slot. De dag werd afgerond met een stadswandeling waarbij de gids “Wandelen met Maup” ons met verrassende verhalen omtrent Den Haag, het Binnen Hof en haar geschiedenis onderhield. Van de lynchpartij op de gebroeders Johan en Cornelis de Witt, tot het fout plaatsen van het standbeeld van Willem van Oranje op Het Plein, maar ook recentere verhalen dat bijvoorbeeld het gebouw waarin ons hotel gevestigd is, in de jaren dertig de plaats was waar Duitse ingenieurs de gevreesde U-boten ontwierpen.
Maar terug naar het doel van ons bezoek. Al snel kwamen de grote verschillen met de werking van de gemeenteraad bij ons naar boven.
In Nederland, waar de burgemeester al buiten de raad aangesteld wordt, benoemd door de koning op voordracht van de gemeenteraad en meestal van elders komende, nemen de wethouders (bij ons schepenen) ontslag uit de gemeenteraad en worden er vervangen door hun opvolgers. Op die manier is er een duidelijk onderscheid tussen wetgevende en uitvoerende macht. De gemeenteraad bepaalt autonoom haar werking en agendazetting.
Die gemeenteraad kan rekenen op een raadsgriffier, die onafhankelijk van de gemeentesecretaris ( bij ons algemeen directeur) ten dienste staat van de gemeenteraad, de verslaggeving voor zich neemt en raadsleden bijstaat in het politieke werk.
De financiën, maar ook de effectiviteit en efficiëntie van de gemeentelijke werking wordt opgevolgd door een onafhankelijke rekenkamer die verslag uitbrengt bij de gemeenteraad. Al die maatregelen zorgen ervoor dat de gemeenteraad aan gewicht toeneemt. Geen stemmachine, maar een geolied politiek orgaan dat er toe doet.
Het statuut van die raadsleden is ook totaal anders. Geen zitpenning, wel een maandwedde en onkostenvergoedingen waarbij zelfs raadsleden opteren om minstens deeltijds te werken en zo hun mandaat intens op te nemen. Gemeenteraadsleden spenderen er tot 15 uur per week aan hun mandaat.
Dinsdag trokken we dan naar Almere in Flevoland. Een stad van ruim 220.000 inwoners, 3,6 meter onder de zeespiegel die nog geen vijftig jaar oud is. Tot bij het begin van haar ontwikkeling was dit IJsselmeer, voordien Zuiderzee. Na inpoldering en drooglegging kwam hier een nieuwe stad tot stand. Een stad evenwel zonder verleden. Zonder geschiedenis. Een stad van allemaal inwijkelingen waar het creëren van een ziel, een gemeenschapsgevoel geen sinecure is. Waarom we naar Almere wilden waarvan de urbanistische aanpak ook al een bezoek meer dan de moeite loont? Haar toch wel speciale aanpak als het over de werking van de gemeenteraad gaat.
Net als in vele andere Nederlandse steden en gemeenten, maar ook in de nationale politiek, telt de gemeenteraad van Almere veel meer fracties dan dat wij in Vlaanderen gewoon zijn. 16 fracties voor 45 raadsleden waarvan een handvol eenmansfracties. In Antwerpen, meer dan dubbel zo groot, 7 fracties. In de Tweede Kamer zijn er dat zelfs 17. In het Vlaams Parlement evenveel als in Antwerpen: 7. Van politieke versnippering gesproken.
Eerste bijzonderheid van de gemeenteraad in Almere; elke donderdagavond wordt er vergaderd. Ofwel gemeenteraad, dan wel in commissies, wat men Politieke Markten noemt. En niet één vergadering op die donderdag. Wel vier tegelijk. Hoe moet dat dan met die eenmansfracties vroegen we ons af. Elke fractie mag twee fractieassistenten aanduiden. Twee mensen die wel op de kieslijst stonden, maar niet verkozen werden. 32 in totaal dus die samen met de 45 verkozenen in debat gaan. Die fractieassistenten mogen in de commissies mee het woord voeren. Stemmen is enkel weggelegd voor de 45 verkozenen.
Terug in Den Haag bezochten we de tijdelijke tentoonstelling van de Vlaamse expressionisten in het Kunstmuseum. Werken van o.a. Gustave De Smet, Frits Van den Berghe en Constant Permeke die de tijdsgeest van tussen de twee wereldoorlogen en de Leiestreek oproepen. Nog tot 20 augustus. De moeite waard.
Woensdagvoormiddag waren we te gast bij de VNG, Vereniging Nederlandse Gemeenten, waar directeur Leonard Geluk ons inleidend onderhield over het staatsbezoek van Willem-Alexander aan België en het oude decreet dat een huwelijk tussen Coburgse en Nassause troonsopvolgers nog steeds verbiedt. Het inspireerde me om hem er met een dubbele knipoog toch op te wijzen dat de Noordelijken het in 1830 al te snel opgaven en de schuld van het Zuidelijk ongenoegen ook wel terug te vinden is in de aanpak van koning Willem waaronder zijn zogenaamde Hollandse rekenkunde in 1815. Van dat laatste hadden onze gastheren nog nooit gehoord.
Het leerrijke en boeiende bezoek werd afgerond in het stadhuis van Den Haag. Het IJspaleis genaamd. We volgden even een raadscommissie om finaal van gedachten te wisselen met de raadsgriffier, drie gemeenteraadsleden en een fractieassistent. Hier per fractie, en er zijn er 13, drie assistenten. Dus naast de 45 gemeenteraadsleden 39 assistenten.
De totaal andere manier van werken roept toch ook enkele bedenkingen op. Niettegenstaande het belang van de gemeenteraad en de aanpak in Nederland, kan je niet direct zeggen dat de interesse van de burger toeneemt. In Almere bijvoorbeeld slechts 39% van de kiezers die komen stemmen. Bij landelijke verkiezingen ligt dat aantal enkele tientallen hoger.
Of de grootte van de gemeenten, veel groter dan in Vlaanderen, op die interesse en betrokkenheid een invloed heeft, kon ons niemand met zekerheid vertellen. Velen dachten van wel…
Ook de getuigenis van raadsleden in Almere dat ze bedreigd werden op het moment dat ze zich kandidaat stelden bij verkiezingen toont de verruwing van de politiek bij onze noorderburen. In Vlaanderen zijn we toch nog niet zo ver en laat ons hopen dat dat ook zo blijft.
Na Denemarken vorig jaar in ieder geval stof genoeg opgedaan om in Vlaanderen verder aan de slag te gaan. En dat gaan we ook doen. Fijne zondag nog.
Kris van Dijck
Dessel, 25 juni 2023