Europees Parlementslid / Burgemeester
Kruimelpad
Naar Europa?
Elke zondag belicht ik een onderwerp dat me de voorbije week opviel…
Naar Europa?
Woensdagnamiddag 14u54, plenaire vergadering Vlaams Parlement, actualiteitsdebat stikstofakkoord. Plots licht het scherm van mijn gsm op: ‘Bart De Wever’. Ik spoed me naar buiten:
“Hallo, Bart?”
“Kris, ik heb een bijzondere mededeling voor jou. Gaat dat aan de telefoon of moet ik tot daar komen, dat we even kunnen samenzitten?”
“Neen, Bart, zeg maar…”
“Zit je, want je gaat toch wel schrikken.”
“Neen, ik zit niet, zeg maar.”
“Ga toch maar zitten… Ik zou straks aan het nationaal kiescomité willen voorstellen dat je naar Europa gaat. Derde plaats voor het Europees Parlement. Wat denk je? Wil je dat doen?”
Ik zag de 29 jaar Vlaams Parlement in een oogopslag voorbij mijn netvlies vliegen. Ik belandde terug in mijn jeugdjaren bij de Volksunie Jongeren en onze ijver voor een Europa van vrije volkeren. De reizen naar Baskenland, Noord-Ierland, Friesland, Schotland, Bretagne, Occitanië, Catalonië, Slovenië, Kroatie, Bosnië, Kosova en vlak bij huis Frans-Vlaanderen. Ik zag Maurits Coppieters, Jaak Vandemeulebroucke, Willy Kuypers, Nelly Maes, Frieda Brepoels, Mark Demesmaeker, Geert Bourgeois, Assita Kanko, Johan Van Overtveldt en anderen. De kleine schare Vlaams-nationalisten die me - als ik verkozen geraak – de voorbije decennia voor gingen. Ik naar het Europees Parlement? Meen je het? Een telefoontje naar Leentje en enkele minuten later vertrok de sms: ‘Ik ben kandidaat’
De pers had nog maar net notie genomen van het voorstel om mij naar Europa te sturen of ik kreeg al de vraag of ik dat combineerbaar zie met mijn functie als burgemeester in Dessel. Ik dacht: lap daar gaan we weer. Ik moet het al bijna 29 jaar horen. Gelukkig hielp de krant De Morgen me een beetje. Gisteren verschenen een artikel met bijhorende grafiek over de aanwezigheden van de Vlaamse parlementsleden in de commissies waarvan ze deel uit maken. Ik win met glans. De journaliste wist me vorige week al te vertellen dat mijn aanwezigheid in de iets meer dan de vier voorbije jaren 98,7% bedroeg. Niemand doet beter. Waarmee ik niks over de anderen wil zeggen. Enkel dat ik steeds voor bijna 100% mijn werk doe. Ook bij andere opdrachten in het Vlaams Parlement kan men steeds op me rekenen. Bij de ontvangst van buitenlandse collega’s en gasten bijvoorbeeld. Toch altijd een beetje die Europese, internationale interesse…
En Dessel, hoor ik je dan vragen? Er zal geen dag voorbij gaan of ik ben op ons gemeentehuis. Brieven of beslissingen tekenen? Dagelijks. Niks zal op mijn bureau blijven liggen. En een afspraak wordt steeds zo snel mogelijk ingeplant. Veel sneller dan bij een specialist, al wil ik bij deze ook niks over de specialisten zeggen. Ook zij werken keihard. Maar Dessel functioneert goed. Met dank aan collega’s in schepencollege en gemeenteraad en de vele gedreven medewerkers. We zijn ondertussen ook de basis aan het leggen om straks voor een nog beter Dessel te zorgen. Daarover schrijf ik volgende week.
Bovendien ook in Dessel een stevige link met Europa. Sinds 1971 houden we een stevige verbroedering levend met Hessisch-Lichtenau in Duitsland. Op de foto de vijf laatste burgemeesters van onze beide gemeenten. En met Driss Zayou hebben we een jong gemeenteraadslid die zich engageerde om Europa en de lokale besturen dichter bij elkaar te brengen. Met onze Desselse aanpak rond het opslaan van nucleairafval en de werking van het partnerschap STORA zijn we tot slot vaak gastheer voor en te gast bij vele landen in Europa als 'good practice'.
Alles in ogenschouw genomen stelt zich de vraag dan ook: waarom zou mijn inzet in het Europees Parlement en in Dessel minder zijn? Vergaderen in Brussel doe ik al bijna drie decennia en vier dagen per maand naar Straatsburg zal niet voor een wezenlijk verschil zorgen. Bovendien zorgen de moderne communicatiemogelijkheden met PC’s, I-phones, Teams, Zooms en andere er voor dat de Desselse dorpsstraat steeds digitaal om de hoek ligt.
De pientere journaliste vroeg me ook al meteen op welke dossiers ik me zal gaan toeleggen. Van kort op de bal spelen gesproken. Als Desselaar, en nauw betrokken bij het hele nucleaire verhaal in Europa - waar ik ook al vele jaren actief ben bij de vereniging van Europese gemeenten met nucleaire faciliteiten (GMF Europe) – is dat zeker al een uitgelezen kans om mijn stem te laten horen en er me in het parlement voor in te zetten. Maar ook het groter verhaal om er voor te pleiten dat Europa zich veel sterker moet profileren naar de rest van de wereld toe. Herinner de woorden waarmee ik vorige column afsloot: dat niemand in de wereld nog luistert naar Europa. Dat moet veranderen. Dat pleidooi om terug een stevige positie in te nemen als behoeder van mensen- en volkerenrechten, in Europa zelf en daarbuiten, wil ik uitdragen. Genoeg werk op de plank als je het mij vraagt.
Ja, beste lezer, deze uitnodiging had ik in de verste verte niet zien komen. En ja, ik ga hier dus ten volle voor gaan. Met het enthousiasme van in mijn jeugdjaren. Met de ervaring die ik ondertussen in Vlaanderen en in Dessel opgedaan heb. De draad meer dan ooit oppikkend van het in mijn ogen echte, ware internationaal volksnationalisme. Vorm gevend aan het Europa der volkeren. Voor zover natuurlijk eerst de partijraad en de Vlaamse kiezer mij hiervoor mandateert. Mag ik op jou rekenen? Ik ben bereid. Fijne zondag nog.
Kris van Dijck
Dessel, 19 november 2023