Europees Parlementslid / Burgemeester
Kruimelpad
Rhodos
Elke zondag belicht ik een onderwerp dat me de voorbije week opviel…
Rhodos
Ik herinner me nog een prentenboek bij mijn ouders thuis met daarin de zeven antieke wereldwonderen. Het meest intrigerende voor mij was de Kolossus van Rhodos. Een immens standbeeld van de god Helios die met zijn benen gespreid boven de toegang van de haven uittorende en tussen wiens benen de schepen in- en uitvoeren. Waarom? Met welke bedoeling? En hoezo dat van dat immense standbeeld niks terug te vinden is? En Rhodos? Waar ligt dat? Toen ik vorige zondag mijn column schreef, wist ik nog niet een week later in Rhodos te vertoeven. De onvoorspelbaarheid en het gegeven van de lastminute zijn daarvan de oorzaak.
Normaal gingen we in het land blijven. Tot Leentje de weersverwachtingen onder ogen kreeg van onze vakantieweken. Ook ik was snel overtuigd en binnen het uur waren vlucht en hotel geboekt. En jawel, naar Rhodos. Het meest oostelijk gelegen Grieks eiland op de grens van de Egeïsche Zee, behorend tot de Dodekanenos eilandengroep, en op geen 20 km van het Turkse vasteland. Letterlijk op de grens van twee werelden. De Hellenistisch, Europese en de Klein-Azisch, Ottomaanse.
Toen de oppergod Zeus de wereld verdeelde onder de goden, vergat hij de zonnegod Helios een deel te geven. Hierop rees het eiland Rhodos op uit de zee, en kwam het vervolgens Helios toe. Daarmee was ook hij content. Tot zover de Griekse mythologie.
De waarheid is dat in de zestiende en vijftiende eeuw voor Christus het er behoorlijk druk werd toen eerst de Minoïers, komende uit Kreta, en even later de Achaiers, de oudste Hellenen, er zich vestigden. De Griekse tijd was meteen ook de culturele bloeitijd voor het eiland met o.a. de bouw van de Akropolis van Lindos op de oostkust van het eiland. Vele eeuwen later zou apostel Paulus er schipbreuk lijden. Maar voor we in die periode van één eeuw na Christus aanbelanden, waren het de Romeinen die het eiland inlijfden. Het jaar 43 voor Christus was een waar rampjaar als veldheer Cassius, één van de moordenaars van Caesar en samen met Brutus in onmin gevallen bij de Romeinse leiders Octavianus en Marcus Antonius, het eiland plunderde. Nadien volgden Goten, Perzen, Arabieren en de kruisvaarders die er allen om beurten huis hielden.
In 1522 veroverden de Turken het eiland waarna het bijna 4 eeuwen lang bij het Ottomaanse Rijk hoorde. In 1912 veroverden de Italianen het om later, in 1948, bij het huidige Griekenland gevoegd te worden.
De stad Rhodos werd pas gesticht in de vijfde eeuw voor Christus en dit door de drie onafhankelijke stadstaten Lindos (eerder al vermeld), Lalyssos en Kameiros die het eiland onderling verdeeld hadden. De nieuwe stad moest hun samenwerking bezegelen en hen sterker maken tegen een steeds vijandigere buitenwereld. De Peloponnesische Oorlogen, met de hoofdrolspelers Athene en Sparta en hun respectievelijke bondgenoten zetten hen daartoe aan. Van voorzienigheid gesproken. De nieuwe stad werd gebouwd op het noordelijkste punt van het eiland, op het grondgebied van Lalyssos, waar wij nu verblijven. Ze beschikte over een enorme haven en telde alras 100.000 inwoners. Eén van de grootste steden van haar tijd.
Ten tijde van de machtsstrijd die in de vierde eeuw voor Christus na het overlijden van Alexander de Grote ontstond tussen zijn belangrijkste generaals koos Rhodos partij voor Ptolemaeus I Soter, die ook Egypte had ingenomen, wat leidde tot een bloeiend handelsverkeer. Dit was echter niet naar de zin van zijn tegenstander Antigonos I Monophthalmos die zijn zoon Demetrios Poliorketes met een groot leger naar Rhodos stuurde. Er volgde een belegering die een vol jaar duurde. Toen een Egyptische vloot Rhodos kwam ontzetten keerde Antigonos onverrichter zaken terug. De inwoners van Rhodos besloten een monument op te richten om hun zege over Demetrios te herdenken en de zonnegod Helios, aan wie de totstandkoming van het eiland toegewezen werd, te danken. Dit werd de befaamde Kolossus. 33 meter hoog. Maar hoe hij er werkelijk uitzag? Er zijn geen afbeeldingen van bewaard gebleven.
De Kolossus zou er nauwelijks 66 jaar gestaan hebben tot het na een aardbeving in 225 v. Chr. vernield werd. Waar de brokstukken van het beeld bleven? Die zouden er negen eeuwen zijn blijven liggen. Tot de Arabieren, die in 653 het eiland veroverden, de brokstukken aan een Joodse handelaar verkochten. Blijkbaar boterde het toen beter tussen Arabieren en Joden. Of ging het om het geld? Zo gaat het vaak in de geschiedenis, neen? Eén van de drie G’s of een combinatie van de drie: geld, gat en god. Volgens de overleving waren er 900 kamelen nodig om de bronzen restanten te vervoeren.
Tot daar het vleugje geschiedenis waaraan ik moet denken, hier op mij terras, met zicht op de Egeïsche Zee en Klein-Azië aan de verre horizon. Maar ik bekommer me ook om de grote miserie die momenteel op dit eiland heerst. immense bosbranden centraal en in het zuidoosten. Branden die al zes dagen woeden en waarvoor duizenden moesten geevacueerd worden. Met man en macht tracht men de branden de baas te zijn en buitenlandse hulp is meer dan welkom. Voor bewoners en toeristen een hel. Maak het maar mee. Zeker de mensen van hier die alles kwijt zijn.
Tot slot ook dat andere gevoel dat me overvalt. Het is vreemd, maar telkens ik in het Middellandszeegebied uit het vliegtuig stap, overvalt me een gevoel van thuiskomen. Dat was gisteren niet anders. Het licht, de zon, de warmte. Misschien in een vorig leven mijn biotoop? Al geloof ik niet in reïncarnatie. Enfin, wat er ook van zij en ook al zijn we hier maar voor een week, we genieten ervan. Dus; ook aan u allen een fijne zondag gewenst.
Kris van Dijck
Lalyssos-Rhodos, 23 juli 2023