Europees Parlementslid / Burgemeester
Kruimelpad
Het verhaal van Vlaanderen
Elke zondag belicht ik een onderwerp dat me de voorbije week opviel…
Het verhaal van Vlaanderen
Het was mijn lievelingsvak op school: geschiedenis. Daarom ook dat ik al mijn leerkrachten geschiedenis nog voor de geest kan halen. Zij konden vertellen alsof ze er zelf bij waren geweest terwijl ik figuurlijk aan hun lippen hing. Naarmate ik ouder werd en ook door zelfstudie of het bijwonen van spreekavonden, met Walter Luyten bijvoorbeeld, mijn blik verruimde en mijn opinie vorm kreeg, durfde ik ook met hen in discussie te gaan. Zeker als het over de “moderne” tijd ging. In de derde graad secundair met de heren Hermans en Janssen. In de normaalschool met zuster Nijs. Deze laatste had nog les gegeven aan mijn moeder in diezelfde normaalschool van Wijnegem in de beginjaren vijftig. Het gebeurde wel eens dat het een debat werd tussen de leerkracht en mezelf waarbij de rest van de klas dan wel geamuseerd, dan wel geïrriteerd toekeek.
Die interesse voor geschiedenis werd bij mij op zelfde manier aangewakkerd dan bij schrijver Bart Van Loo als hij zijn boek de Bourgondiërs inleidt: de Historia-reeks die ook bij mijn ouders in de boekenkast stond. Zoveelste meer je at, van de juiste producten, des te meer punten je kon sparen en inruilen voor geschiedenisprenten die je dan in boeken kon kleven. Zes in totaal. Die prenten, getekend door Jean-Léon Huens tussen 1949 en 1961 vertelden het verhaal van Vlaanderen. Zo heette dat toen niet. Neen, het was ‘s lands glorie. En met dat land werd Belgenland bedoeld. Nooit veel commentaren op die boeken gehoord. Integendeel. Neen, ze toonden ons onze geschiedenis. Vele figuren uit ons verleden kregen zo een gezicht. Ik zie Caesar (foto), Ambiorix of Karel de Grote nog op mijn netvlies staan zoals ik ze in de Historia-boeken leerde kennen.
Nu, zovele jaren later, blijft geschiedenis me boeien. Niet dat ik niet met beide voeten in het heden sta. Wel omdat ik besef dat bijna alles wat zich nu afspeelt haar wortels heeft in het verleden. Niets is vanzelf gekomen. Oorzaken, aanleidingen, gevolgen. Er is niks nieuws onder de zon wordt dan wel eens gezegd. Of alles keert in cycli weer waardoor je lessen kan trekken uit het verleden. Ik erger me dan ook mateloos wanneer alle begrip voor historische context afwezig is. Zeker in het politieke debat. Dit alles escaleerde wanneer ik zag hoe er omgegaan werd met het TV-programma het verhaal van Vlaanderen. Ik heb er lang publiek over gezwegen. Voornamelijk om toch een aantal weken te aanschouwen wat het programma inhield, hoe het gebracht werd en zeker hoe het bejegend werd.
Er was nog geen minuut uitgezonden of een storm van kritiek stak z’n kop op. Het was een schande. Meer dan 2 miljoen euro voor een TV-programma. En wat erger was, afkomstig van vier N-VA-ministers. Ooh schande. Er werd een maneuver van de Vlaamsnationalisten in gezien om de brave Vlaming te brainwashen. Hem een identiteit aan te meten. Hoe durven ze. Presentator Tom Waes keek er verrast naar. Als dat de kritiek is, gaan de flaminganten nog verschieten hoor ik hem zeggen. Tja, dat zal wel. Als je een verhaal brengt, een geschiedenis van duizenden jaren in 10 programma’s van 50 minuten dan worden keuzes gemaakt. Sommige verhalen opgepikt en anderen niet. Accenten gelegd en anderen niet. Ik heb daar alle respect voor. Maar mag ik zeggen dat ik tot op heden geen “propaganda” gezien heb die op Vlaamsnationale leest geschoeid is? En dat hoeft ook niet. Maar eerlijk is eerlijk… Mag het gezegd? Geen Willem van Oranje, de vader des vaderlands, als het over de beeldenstorm en de scheiding tussen Noord en Zuid gaat. De periode van 1789 tot 1830 die in een tricoloor keurslijf gestoken werd. Geen vermelding van wat de Nederlandse periode aan economische opleving betekende. Of die van onze Nederlandse taal en cultuur. De Belgische opstand werd wel ingeleid met een “taalkwestie” zoals Tom Waes zei, maar dat die taalkwestie er één was van een Franstalige elite tegen de vernederlandsing van administratie en overheid die hen haar carrière kansen ontnam, werd er niet bij verteld. Het sociale aspect werd plots onder de mat geveegd. Een “taalkwestie”, daar moesten we het vorige zondag mee doen.
Het pijnlijkste moment van kritiek vond ik helemaal in het begin van de reeks, toen het over die kostprijs ging. Vooruit-fractieleider Goeman durfde het aan om in De Afspraak op Canvas de 400.000 euro van het budget van onderwijs dat voor het programma uitgetrokken werd af te zetten tegen de kinderen die met een lege brooddoos naar school gaan. Zij vond dat een schande: 400.000 euro op een budget van 3,8 miljard of zijnde 0,01%. Ik viel van mijn stoel toen ik ze bezig hoorde. Want wat verneem ik nu van de week?
Hetzelfde budget dat Vlaanderen investeerde in het verhaal van Vlaanderen, met name 2 miljoen euro, investeerde de federale regering, waar Vooruit in zit, aan een burgerbevraging over de toekomst van dit land. 2 miljoen euro waarop 10.000 antwoorden kwamen. Omgerekend: 200 euro per respondent. Het verhaal van Vlaanderen daarentegen 10 afleveringen van 50 minuten waarnaar meer dan 1 miljoen Vlamingen kijken of 0,2 euro per aflevering per kijkende Vlaming. Terwijl menig geschiedenisleraar al aangaf de reeks in de klaspraktijk te gaan gebruiken. Dus nog jarenlang. Het is maar hoe je naar overheidsmiddelen kijkt.
En of die burgerbevraging zoden aan de dijk brengt? Ik denk het niet. Als ik de vrienden van Vilvaldi een tip mag geven. Een burgerbevraging die doe je om de vier of vijf jaar. We organiseren dat voor iedereen. We noemen dat verkiezingen. Misschien daar iets meer rekening mee houden? Fijne zondag nog.
Kris van Dijck
Dessel, 19 februari 2023